Bijzondere verrichtingen voor het motorrijbewijs

Om het motorrijbewijs te halen, moet je 3 examens doen. Ten eerste het theorieexamen, waarbij je minimaal 44 van de 50 vragen goed moet hebben. Ten tweede het praktijkexamen bijzondere verrichtingen of voertuigbeheersing (AVB) en ten derde het praktijkexamen verkeersdeelneming (AVD). In dit artikel wordt nader ingegaan op het praktijkexamen AVB. Voordat je het praktijkexamen AVB mag doen, moet je eerst óf het theoriecertificaat hebben, óf een rijbewijs B voor de auto heeft. In het examen AVB wordt je voertuigbeheersing getest aan de hand van een aantal bijzondere verrichtingen. Er zijn in totaal 12 oefeningen. 7 daarvan worden getoetst op het examen. De examinator kiest deze voor je uit. 4 bijzondere verrichtingen zijn verplicht. Deze komen dus in ieder geval voor op het examen. De oefeningen zijn in 4 clusters verdeeld:

  • Lopen met de motor en het gebruik van de standaard (verplicht)
  • Bijzondere verrichtingen bij lage snelheid
    • langzame slalom (verplicht)
    • denkbeeldige acht, halve draai, stapvoets rijden, wegrijden uit een parkeervak (hiervan wordt er 1 gekozen)
    Bijzondere verrichtingen bij hogere snelheid
    • uitwijkoefening (verplicht)
    • snelle slalom, vertragingsoefening (hiervan wordt er 1 gekozen)
    Remoefeningen
    • noodstop (verplicht)
    • precisiestop, stopproef (hiervan wordt er 1 gekozen)

Om te slagen moet je uit elk cluster minimaal 1 oefening voldoende uitvoeren én in totaal minimaal 5 van de 7 oefeningen voldoende uitvoeren. Hierbij mag je elke oefening 1 keer herkansen.

Tips voor de bijzondere verrichtingen

Lopen met de motor en het gebruik van de standaard

Je begint naast je motor die met de motor uit, in neutraal, op zijn zijstandaard of middenbok staat. Je haalt de motor eerst van de standaard af. Daarna loop je aan de linkerkant van de motor tot iets (ongeveer 1 stap) voorbij het 2e pionnetje van 'het parkeervak'. Houd je hand hierbij op de rem. Na deze stap draai je je stuur zo veel mogelijk naar links en loop je iets door tot de motor iets schuin op het parkeervak staat. Draai daarna het stuur en duw de motor met 1 hand aan het stuur en 1 hand op het zadel naar achter. Hierbij gaat de motor bijna tegen het tweede pionnetje aan. Duw de motor door tot deze in het midden van het parkeervak staat en zet hem op de standaard. De examinator geeft aan of dit op de zijstandaard of op de middenbok moet. Als je je motor op de zijstandaard moet zetten, doe je eerst de standaard uit, daarna laat je de motor erop rusten en doe je het stuur helemaal naar links draaien, tegen de aanslag aan. Loop daarna op de linkerkant van het stuur heen en trek aan de rechterkant van het stuur om de motor uit de vering te trekken en hem steviger te laten staan. Haal de motor daarna weer van de standaard af en loop met de motor met het stuur zo ver mogelijk naar rechtsgedraaid, weg uit het parkeervak en terug naar de kant van de weg.

Langzame slalom

Neem een lange aanloop. Zo kan je je snelheid regelen. Dit doe je met je gas (constant houden), de koppeling (licht trekkend op het aangrijpingspunt) en de achterrem. Kom in een recht lijn naar de eerste pion rijden en kijk naar een punt op de horizon. Hierdoor blijf je beter in balans. 1,5 of 2 meter voor de eerste pion naar links gaan rijden. Houd hierbij je knieën tegen de tank, stuur vanuit je heupen en houd je bovenlichaam recht. Rij na de laatste pion in een recht lijn door.

Denkbeeldige acht

Kom in de eerste versnelling aanrijden en zorg dat je je snelheid hebt geregeld voordat je aan een van de korte kanten de oefening inrijdt. Je mag hierbij je gas, achterrem en eventueel een slippende koppeling gebruiken. Maak aan het einde van de rechthoek een driekwartsdraai naar links en rij door tot de lange kant van de rechthoek. Draai daarna je stuur en maak een driekwartsdraai naar rechts. Rij daarna aan het einde van de rechthoek aan de korte kant eruit. Bij het draaien kijk je naar een denkbeeldig punt dat zweeft boven de pion waar je omheen cirkelt. Schuin bij deze oefening de motor goed af. Dit kan je het beste doen door de arm van de kant waar je heen wilt gestrekt te houden en de motor als het ware naar de grond duwt. Hierbij kan licht naar voren gebogen zitten ook helpen.

Halve draai

Kom aanrijden in de eerste versnelling en neem een lange aanloop om je snelheid goed te regelen. Gebruik bij deze oefening alleen het gas en de achterrem. Houd de motor licht trekkend en de snelheid constant. Zet je draai in bij de tweede pion door een lichte tegengestelde slinger aan het stuur. Schuin goed af en kijk jezelf uit de bocht. Kijk niet naar de grond en vooral niet naar de pionen, want anders is de kans groot dat je er over heen rijdt. Je hoeft deze oefening in principe maar 1 kant op te doen, dus van links naar recht of andersom.

Stapvoets rijden

Neem een lange aanloop en regel daarin je snelheid. Rijd tussen de 2 pionnen door en blijf naar de examinator rijden. Gebruik hierbij het gas, de koppeling en de achterrem. Houd het gas op hetzelfde punt, anders kan de motor afslaan. Je stopt precies voor de pion die aan het einde staat. Vergeet hierbij niet je koppeling helemaal in de knijpen, zodat de motor niet afslaat. Kijk niet naar de grond, maar naar een punt in de verte om je evenwicht te bewaren en niet te gaan slingeren.

Wegrijden uit een parkeervak

Ga in het 'parkeervak' staan met je voorwiel haaks tegen de rijbaan aan. Voor het wegrijden mag je maar 1 voet op de grond houden. Als je linksaf moet, zet je je linkervoet op de grond en bij rechts je rechtervoet. Zo staat de motor al iets schuin naar de goede kant. De examinator geeft aan welke kant je op moet. Kijken voor je wegrijdt en kijken waar je heen wilt. Je kunt ook nog je richtingaanwijzer aanzetten. Gebruik bij het wegrijden de koppeling, het gas en eventueel de achterrem en blijf binnen de pionnen. Rij na de bocht nog een aantal meters rechtdoor.

Uitwijkoefening

Neem een lange aanloop en kom aanrijden met een constante snelheid van 50 km/h in de derde versnelling. Doe net alsof je het opstakel pas ziet als je tussen het poortje doorrijdt, ga dus niet van te voren al afremmen of sturen. Draai tussen het poortje je gas dicht en duw je motor naar links. Duw hierbij je stuur aan de linkerkant naar beneden en je rechterknie tegen de tank. Gebruik vooral geen remmen! Dan kan het fout gaan. Kijk links van het opstakel en stuur na het opstakel weer naar rechts en kijk rechts van de laatste pion. Ga deze aan de rechterkant voorbij en vervolg je weg over de rijbaan. Bij deze oefening moet je na het poortje eigelijk niets anders dan sturen gebruiken. Het gas laat je dicht en je blijft van de koppeling en de rem af. Je hebt genoeg snelheid om deze oefening te doen door de beginsnelheid. Stuur bij deze oefening ook vanuit je heupen.

Snelle slalom

Bij deze oefening kom je met een constante snelheid van 30 km/h in de derde versnelling aanrijden. De motor is hierbij licht trekkend. Kijk tussen de pionnen door en zoek hierbij de vrije ruimte. Kijk vooral niet naar de pionen. Gebruik geen koppeling en geen rem, maar alleen het gas, dat je constant houdt. Kom in een rechte lijn aanrijden. Stuur vanuit je heupen, zodat er een regelmatige beweging ontstaat. Rij na het slalommen weer in een rechte lijn door.

Vertragingsoefening

Sta eerst stil bij het eerste poortje en trek zo snel op dat je bij het tweede poortje ongeveer 50 km/h rijdt in de derde versnelling. Geef hiervoor in de eerste en tweede versnelling al veel gas, zodat je al 50 rijdt als je naar de derde versnelling schakelt. Als je bij het tweede poortje bent, doe je je gas dicht en rem je met beide remmen. Na het remmen schakel je terug naar de tweede versnelling en slalom om de pionen heen. Je kunt ook al iets naar links (of rechts) uitwijken tijdens het remmen en terugschakelen. Slalom met een licht trekkende motor en stuur met je heupen. Rij na de laatste pion in een rechte lijn door. Bij deze oefening moet je zo hard remmen, dat je naar voren buigt door de plotselinge vertraging.

Noodstop

Kom aanrijden met 50 km/h in de derde versnelling. Bij het poortje draai je je gas dicht en rem je met beide remmen (70% voor en 30% achter). Doe dit gelijkmatig en kijk naar de horizon. Kom zo snel mogelijk tot stilstand zonder terug te schakelen. Als je terugschakelt is de oefening fout. Schakel pas weer terug als je wegrijdt. Landen op de rechtervoet.

Precisiestop

De remtechniek is hierbij het zelfde als bij de noodstop, alleen wordt hier wel teruggeschakeld en is de stopafstand groter. Er moet met het voorwiel tussen de pionnen worden gestopt en net voordat je stilstaat, moet je terug hebben geschakeld naar de eerste versnelling. Tegelijk met de voorrem knijp je ook de koppeling in. Blijf naar de horizon kijken. Landen op de rechtervoet.

Stopproef

Dit is een combinatie van de noodstop en de precisiestop. Je moet hierbij zo snel mogelijk tot stilstand komen en teruggeschakeld hebben naar de eerste versnelling. Landt hierbij op de rechtervoet. Als je dan zou vallen, val je van het verkeer of het gevaar af.

Als je bent geslaagd voor dit examen, dan is de uitslag hiervan 1 jaar geldig, net zoals het theoriecertificaat.

Succes met je examen!
© 2010 - 2024 Judogirl, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Het motorrijbewijsHet motorrijbewijsMotorrijden wordt steeds populairder in Nederland. Motorrijden is een makkelijke en snelle manier om de woon-werk kilome…
Het motorrijbewijs halenHet motorrijbewijs halenMotorrijden wordt steeds populairder in Nederland. Het is een goede oplossing voor het drukker wordende woon- en werkver…
Motorrijbewijs A: van licht, middel tot zwaarMotorrijbewijs A: van licht, middel tot zwaarHet is opwindend en snel. Lekker met je motor in de bocht hangen en genieten van de vrijheid. Een motorrijder op de weg…
Leren motorrijden: voertuigbeheersing AVBLeren motorrijden: voertuigbeheersing AVBOm je felbegeerde categorie A op je rijbewijs te mogen bijschrijven en jezelf motorrijder te mogen noemen, moet je drie…

Vervang je motorhelm op tijdVervang je motorhelm op tijdAls een motorhelm tijdens een valpartij werd gedragen moet hij als beschadigd worden beschouwd, ook als er op het oog ni…
Motordiefstal, hoe gaat het in zijn werk en wat doe je eraanMotordiefstal, hoe gaat het in zijn werk en wat doe je eraanDiefstal van motoren is niet nieuw. Het gebeurt al sinds er motoren bestaan. Waarom worden motoren gestolen en wat gebeu…
Judogirl (64 artikelen)
Gepubliceerd: 12-06-2010
Rubriek: Auto en Vervoer
Subrubriek: Tweewieler
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.