McDonnell Douglas F-4 Phantom II: Een verkoopsucces

McDonnell Douglas F-4 Phantom II: Een verkoopsucces De McDonnell Douglas F-4 Phantom II werd in 1960 voor het eerst geleverd aan de Amerikaanse strijdkrachten, waarna het toestel werd gesmeed tot de klasbak die het werd. Door het halen van diverse records vanaf 1961 begon dit vliegtuig ook op te vallen bij andere landen. Mede door de prestaties tijdens de oorlog in Vietnam werd dit vliegtuig een weloverwogen optie om de Phantom aan te schaffen voor de eigen luchtmacht. Veel landen gingen dan ook over tot koop.

Verkoopsucces van de F-4 Phantom

De F-4 was een vliegtuig dat zowel voor aanvalsmissies kon worden ingezet, alsook voor luchtgevechten. De prestaties van de Phantom bleven niet onopgemerkt in de rest van de wereld. Door al die verbroken records werd de aandacht op dit vliegtuig gevestigd. Geen enkel ander toestel kon dit evenaren. Ook de prestaties van het multifunctionele vliegtuig in de Vietnamoorlog speelden hierbij mee. Hierdoor steeg de interesse van andere landen en kwam uiteindelijk de vraag vanuit het buitenland om tot koop van dit toestel over te gaan.

Australië

Van 1970 tot en met 1973 had de Australische luchtmacht (RAAF = Royal Australian Air Force) 24 Phantoms in bruikleen van de USAF. Er werd gewacht op de levering van F-111C toestellen die dezelfde functie hadden, maar een enorme vertraging hadden in hun ontwikkeling en hun uiteindelijke levering. Echter, de F-4's bevielen zo goed, dat de RAAF de geleende Phantoms eigenlijk wilde overnemen. Met de aanvang van de levering van de F-111C in 1972 moesten de Phantoms toch terug. De USAF deed de Australische luchtmacht nog wel een voorstel voor 48 stuks F-4's, echter door de kleinere actieradius ten opzichte van de F-111C, en dus de verplichte aankoop tot vliegtuigen die het tanken in de lucht mogelijk moesten maken, bleef de RAAF bij het oorspronkelijke plan en ging niet in op het aanbod.

Egypte

Egypte maakte in 1973 kennis met de F-4 Phantom op een nogal onplezierige manier. De Phantoms van de Israelische luchtmacht lieten de Egyptenaren de kracht en effectiviteit zien met bombardementen en luchtgevechten tijdens de Yom Kippoeroorlog. Mede hierdoor schakelde Egypte in 1979 over, ook vanwege het Camp David Akkoord, van Sovjet materieel naar Amerikaans materieel.
Vanaf 1977 kocht de Egyptische luchtmacht 35 stuks Phantoms van de USAF inclusief een aantal luchtdoelraketten van de typen Sparrow en Sidewinder, maar ook Maverick gronddoelraketten. Dit alles kostte de Egyptenaren 594 miljoen dollar. In 1988 werden nog eens zeven stuks overbodig geraakte toestellen van USAF overgenomen. Dit waren wel de laatste. Vanaf dat jaar werden F-16 Fighting Falcons gekocht. Toch vloog de Egyptische luchtmacht met 34 stuks F-4 Phantoms door en had deze in 2015 nog in actieve dienst.

Duitsland

In 1968 legde Duitsland een order neer van 88 verkenningstoestellen. Deze werden vanaf 1971 geleverd. Ook werden in totaal 172 gevechtsvliegtuigen besteld. Deze bestelling werd wel in tweeën gedeeld. Een deel was specifiek bedoeld voor luchtgevechten en het andere deel specifiek voor grondaanvallen. Deze toestellen werden dan ook zo gewijzigd dat er slechts één piloot benodigd was. In de jaren 80 van de vorige eeuw ondergingen deze verkenningstoestellen een moderniseringsprogramma met als doel de vliegtuigen ook geschikt te maken voor het aanvallen van gronddoelen. Vanaf 1988 werden deze vliegtuigen echter minder gebruikt, daar dit in de praktijk een erg kostbare zaak bleek te zijn. In 1994 haalde de Duitse luchtmacht deze toestellen uit actieve dienst. Ze verkochten 32 Phantoms aan de Turkse luchtmacht en 20 stuks aan de Griekse luchtmacht. Ze werden vervangen door de Panavia Tornado. De gevechtsvliegtuigen werden in jaren 80 van de vorige eeuw gemoderniseerd. Bedoeld was dit slechts bij 75 Phantoms te doen, echter uiteindelijk werd dit bij 110 stuks doorgevoerd. In 20 jaar tijd onderging de F-4 Phantom in Duitse dienst meerdere upgrades waarmee de Phantom in Duitse dienst kon doorvliegen tot juni 2013, waar na de landing de F-4 definitief uit het arsenaal werd gehaald. De eerste Phantom kwam in 1973 in Duitse dienst en verliet die dienst pas in 2013. Een dienstverband van 40 jaar.

Griekenland

Voor de modernisering van de Griekse luchtmacht kocht het in eind jaren 60 van de 20e eeuw 56 stuks nieuwe Phantoms waarvan in 1974 de eerst 18 stuks werden geleverd. Deze 18 stuks waren echter te laat gereed om deel te nemen aan de strijd om Cyprus tegen Turkije. De volgende leveringen waren in 1976 en 1978 / 1979. Bij de laatste zending zaten ook twee extra verkenningstoestellen. Wegens politieke verschillen werd de laatste zending F-4's van 40 stuks niet geleverd aan de Griekse luchtmacht. Uiteindelijk werden er toch 40 stuks geleverd. Dit was echter wel ten tijde van de Eerste Golfoorlog, de politieke wind was gedraaid en de Amerikaanse luchtmacht gebruikte Griekse bases voor aanvallen op Irak. Deels uit dank werden ze alsnog geleverd, hoewel de meeste F-4 gevechtstoestellen juist door de USAF waren uitgefaseerd door nieuwere toestellen. In 1993 kocht de Griekse luchtmacht 29 toestellen over van de Duitse luchtmacht. In augustus 1997 ondergingen 39 vliegtuigen een moderniseringsprogramma dat ze de eerste 10 jaar van de 21e eeuw bruikbaar bleven. In september 2013 ondergingen 34 standaard Phantoms en 12 verkenningsvliegtuigen nog eens vergaande modernisatie om hun operationele status te behouden. In 2015 had de Griekse luchtmacht nog 49 F-4 Phantoms in operationele dienst.

Iran

Er was een tijd dat de vriendschap tussen Iran en Amerika haast geen grenzen kende. Iran kocht zelfs de meest geavanceerde uitvoering van de Phantom. In die periode werden omstreeks 1970 liefst 225 F-4 Phantoms verkocht. Een aantal waren ook de verkennende uitvoering, waarvan er één tijdens een missie al snel verloren ging. In 1975 kwamen de Iraanse Phantoms in actie tijdens schermutselingen bij de grens met Irak. F-4's met AGM-64 Maverick gronddoelraketten bestookten een Iraakse gepantserde groep voertuigen en boekten hun eerste succes. Door de aanwezigheid van de Phantom sloeg de krachtsverhouding door in het voordeel van Iran. Dit kwam niet alleen doordat de F-4 zich snel bewees in zijn effectiviteit, maar ook door grote getalen die Iran klaar had staan. Nadat de regering tijdens de revolutie in 1979 was gevallen en overgenomen, veranderde er veel. Door de zuiveringen die in het land werden gehouden, verdwenen ook veel ervaren piloten en grondpersoneel. Dit liet zich voelen tijdens de oorlog met Irak die snel zou volgen, maar ook het ingestelde embargo door de westerse wereld. De geleverde F-4's kregen nu problemen met het bemannen en het noodzakelijke onderhoud.

In september 1980 begon de oorlog tussen Iran en Irak. Saddam Hoessein viel Iran aan met zijn gloednieuwe Mig 25's en bedacht dat Iran te zwak zou zijn om terug te vechten. Iran was met zijn verdediging en tegenaanvallen niet alleen effectief, maar ook konden de Iraakse Migs verschillende bases in Iran niet bereiken. En de bases die ze wel konden bereiken waren dusdanig gebouwd en versterkt door Amerika dat deze moeilijk te vernietigen waren. De USAF had de gedachte deze te kunnen gebruiken in geval van een oorlog tegen de Sovjetunie. Tijdens een grootscheepse aanval bleek de dodelijke effectiviteit van de Phantom. In Irak werden veel militaire, strategische en tactische doelen uitgeschakeld. Deze actie zorgde ervoor dat binnen enkele weken de Iraakse invasie werd gestopt en men in een soort patstelling de overige acht jaar van de oorlog aan de grens uitvocht. Toch was het nog geen gedane zaak. Door verliezen en het gebrek aan nieuwe onderdelen had de Iraanse luchtmacht omstreeks 1984 nog maar 20 tot 30 Phantoms beschikbaar. Via het illegale circuit en met hulp van buitenlandse hulp slaagde de nieuwe Iraanse regering erin 23 nieuwe F-4´s te bemachtigen, inclusief reserveonderdelen van zowel Amerikaanse als Israëlische makelij via een zeer controversiële overeenkomst. Maar ook lokaal gefabriceerde onderdelen werden vervaardigd en gebruikt om de vliegtuigen te laten functioneren. De Iraanse technici schrokken er ook niet voor terug om Sovjet- en Chinese technologie in de Phantom te verwerken en wapens uit deze landen geschikt te maken voor gebruik door de F-4. De Iraanse luchtmacht gebruikte zelfs AGM-64 Maverick gronddoelraketten en AIM-9 Sidewinder luchtdoelraketten om Iraakse olietankers aan te vallen. Zolang de vijand maar werd uitgeschakeld, leek het devies te zijn. In augustus 1984 kwam men erachter dat er sprake was van een clandestiene deal tussen Iran en westerse landen doordat een piloot met zijn F-4 deserteerde naar Saudi-Arabië. Na onderzoek van diens toestel kwam dit aan het licht. Twee maanden eerder, in juni van dat jaar, trachtte een andere piloot ook al met zijn Phantom ditzelfde land te bereiken. Hij werd echter onverbiddelijk door F-15 Eagles uit de lucht geschoten.

Omstreeks november 2014 werd duidelijk dat de Iraanse luchtmacht nog steeds F-4 Phantoms in operationele dienst had. In die maand berichtte nieuwszender Al Jazeera dat Iraanse vliegtuigen stelling van de Islamitische Staat hadden gebombardeerd. De nieuwszender bracht ook naar buiten dat dit met Phantoms was gebeurd. Vermoed werd dat Iran omstreeks 2015 nog ongeveer 40 F-4 toestellen in operationele dienst had.

Israël

Israël was in 1965 de eerste die serieus geïnteresseerd was om de F-4 Phantom toe te voegen aan diens eigen arsenaal. Toch wilde Amerika hier niet aan beginnen. Totdat de Zesdaagse Oorlog in 1967 leidde tot een embargo vanuit Frankrijk, waarna de Amerikaanse regering hun besluit heroverwoog. De eerste F-4 Phantoms werden geleverd in 1969 en tot 1976 kwam het totaal op 220 stuks. De eerst geleverde Phantoms zagen krap na hun levering in oktober 1969 al actie. Toen vielen 22 F-4's Egyptische doelen aan. Een maand later, in november 1969, schoot een Israëlische F-4 de eerste Egyptische Mig neer. Het duurde tot april 1970 totdat de eerste neergehaalde Phantom te betreuren viel. De Egyptische Migs bleken niet opgewassen te zijn tegen de Phantoms en zelfs de het type SA-2 luchtdoelraket kon de F-4 weinig pijn doen. De F-4's vlogen simpelweg te laag en te hard. Vanuit de Sovjetunie werden snel luchtdoelraketten van het type SA-3 toegestuurd en werden 5000 Sovjet adviseurs ingevlogen. De Migs werden ook door Sovjetpiloten bemand op 30 juli 1970, echter dit mocht niet veel baten. Eind juni en begin juli 1970 werden in rap tempo echter wel diverse Phantoms neergehaald. Uiteindelijk berokkenden de F-4's de Egyptische strijdkrachten en stellingen veel schade.

Yom Kippoer

Bron: Brewbooks, Flickr (CC BY-SA-2.0)Bron: Brewbooks, Flickr (CC BY-SA-2.0)
Tussen alle gevechten door werden er steeds nieuwe hoeveelheden F-4 Phantoms geleverd volgens contract vanuit Amerika. Tegen het uitbreken van de Yom Kippoeroorlog, van 6 tot 25 oktober in 1973, had Israël al 128 Phantoms in actieve dienst. Zes van deze waren verkenningsvliegtuigen. De overige waren gloednieuwe gevechtstoestellen. Hiermee kon Israël dan ook snel, hard en zeer effectief terugslaan. Tijdens de Yom Kippoeroorlog vielen Egypte en Syrië simultaan aan. De Phantoms schoten in de beginfase van de strijd boven de Sinaï woestijn al snel zeven Egyptische Migs en vijf MI-8 transporthelikopters voor troepen neer. De fase daaropvolgend moest een tegenaanval worden met A-4 Skyhawk aanvalsvliegtuigen en F-4 Phantoms. Echter de nieuwe luchtverdediging van het type SA-6 bleek uitermate effectief. Zes Phantoms en 30 Skyhawks gingen verloren tijdens die missie. Met diverse speciale manoeuvres hoopte de Israëlische strijdkrachten de krachtige radars te verrassen tijdens het wachten op wapens om deze dreiging te bestrijden. Dit ging met wisselend succes. 9 oktober 1973 had een groep Skyhawks aanvalsvliegtuigen geluk door een verzamelplaats van de SA-6 luchtafweer te ontdekken. Deze werden direct aangevallen en vernietigd. Gelijktijdig werd het hoofdkwartier van het Syrische leger in Damascus hard geraakt door een aanval van F-4 vliegtuigen. Omstreeks midden oktober 1973 had Israël 37 Phantoms verloren en zes waren niet meer te repareren. De Amerikanen stuurden in allerijl 36 stuks ex-USAF F-4 toestellen. Bij deelname aan de strijd was er minstens één die nog zijn Amerikaanse nummer op de staart droeg en diverse andere nog niet waren overgespoten. Zij hadden nog de originele camouflagekleuren van de USAF. Het deerde niet. Israël maakte vanaf toen ook gebruik van de AGM-65 Maverick gronddoelraket. Tijdens de Yom Kippoeroorlog werd vermoedelijk één Israëlisch F-4 squadron achter de hand gehouden. Deze toestellen stonden paraat om indien nodig een nucleaire aanval uit te voeren. Of dit echt waar was, werd vervolgens nooit bevestigd.

Na Yom Kippoer

Na de Yom Kippoeroorlog werden nog 56 F-4 Phantoms geleverd volgens order. Dit duurde tot 1976. Aangezien vrijwel alle eerder geleverde F-4's strijd hadden geleverd en schade hadden ondervonden, vond in 1974 al een eerste grote revisie- en moderniseringsronde plaats. Dit was hard nodig, want de Phantom moest regelmatig in actie komen. De laatste grote actie van de F-4 was in 1982, waar Syrische SA-6 stellingen werden aangevallen. De Phantom haalde in luchtgevechten in deze strijd slechts één overwinning. Inmiddels hadden F-15 Eagles en F-16 Fighting Falcons de plaats van de F-4 aan de frontlinie ingenomen.

In 1987 werd nog een modernisatie akkoord bevonden zodat de Phantom nog minimaal tot het einde van de 20e eeuw kon blijven dienen. Dit waren er uiteindelijk 112. In 2015 had Israël uiteindelijk geen enkele F-4 meer in dienst. Toch had dit toestel in zijn dienst bij de luchtmacht, ondanks de 55 verloren Phantoms, met 116 overwinningen flink van zich afgebeten.

Japan

In 1968 kocht de Japanse luchtmacht in totaal 140 stuks F-4 Phantoms die in de jaren daarna werden geleverd. Ze bestelden deze toestellen opmerkelijk genoeg zonder de mogelijkheid om tijdens de vlucht bij te tanken, nucleaire lading te vervoeren of af te werpen en zonder de mogelijkheid om gronddoelen aan te vallen. Dit laatste gold voor zowel gronddoelraketten als bommen. En dat terwijl de F-4 vrijwel standaard werd geleverd met een ingebouwde installatie om de AGM-12 Bullpup lucht-gronddoelraket te kunnen gebruiken. Naast deze luchtgevechtstoestellen kocht Japan ook nog 14 stuks ongewapende verkenningsvliegtuigen van het type F-4. De fabrikant Mitsubishi mocht met instemming van fabrikant McDonnell Douglas 138 stuks Phantoms onder licentie bouwen. In de loop der jaren zijn diverse aantallen opgewaardeerd om de diensttijd te doorstaan of veranderd van functie. Echter, in 2007 had Japan nog een luchtvloot waarin 90 stuks F-4 Phantoms dienst deden. Maar ook voor de Japanse luchtmacht is modernisering nodig, waardoor na diverse studies in 2011 de F-35 Lightning II aangewezen werd om de verouderde F-4 Phantom te vervangen. De laatste drie squadrons die nog met de F-4 vlogen, waren medio 2017 op dezelfde basis gestationeerd in afwachting van hun vervanging.

Zuid-Korea

Vanaf 1968 kocht Zuid-Korea diverse malen F-4 Phantoms. Het begon met 18 stuks van de USAF, waarna in 1972 nogmaals 18 stuks van de USAF werden overgenomen. In de loop der jaren werden steeds meer F-4's gekocht waarvan de meesten gevechtstoestellen waren en een klein aantal verkenningsvliegtuigen. In totaal kwam het totaal gekochte aantal F-4's uit op 234 stuks in het jaar 2000. Deze toestellen waren inmiddels diverse keren gemoderniseerd om hun levensduur te verlengen zodat in 2015 nog altijd 71 stuks F-4 Phantoms vliegwaardig waren om de constante dreiging uit Noord-Korea te kunnen beantwoorden met onder andere dit toestel.

Spanje

Spanje kocht in 1971 36 stuks Phantoms van de USAF. Het model van deze F-4 dat Spanje kocht, was opmerkelijk genoeg al verouderd. Ze gebruikten dit type Phantom om hun verouderde luchtmacht, die bestond uit veel oudere toestellen van de typen F-104 Starfighter en F-86 Sabre, te moderniseren. In 1978 werden nog eens 8 stuks F-4's geleverd, waarna in 1989 een aantal uit operationele dienst werden gehaald. Echter, in 1989 werden er tevens voor de verkenningstaken nog eens 8 toestellen van de USAF overgenomen. Ditzelfde ritueel werd in 1995 door de Spaanse luchtmacht nogmaals herhaald door enerzijds een aantal verkenningsvliegtuigen met pensioen te sturen en er anderzijds zes stuks voor terug te kopen. Naderhand werden alle F-4's in Spaans bezit gemoderniseerd. Hierdoor kon de vloot van F-4 Phantoms hun dienst volhouden tot 2002, waarna het toch echt gedaan was.

Turkije

Turkije behoorde tot de grootste afnemers van de F-4 Phantom. Dit begon al in 1974 met 40 stuks, gevolgd door 32 gevechtstoestellen en 8 verkenningsvliegtuigen tussen 1977 en 1978, waarna nog eens 40 stuks in 1989 volgden overgenomen van de USAF en uiteindelijk nog eens 40 stuks in 1991 die gekocht waren van de Air National Guard. Nog was de koek niet op, want tussen 1992 en 1994 nam de Turkse luchtmacht nog eens 32 Phantoms over van de Duitse luchtmacht. In totaal kocht Turkije 233 stuks van dit toestel. In 1995 onderging de F-4 luchtvloot een algehele modernisatie en opwaardering, onder andere uitgevoerd door een Israëlisch bedrijf. In de jaren volgend op de modernisatie, hebben naar verluid F-4 Phantoms deelgenomen aan acties in het noorden van Irak tegen de Koerdische groepering PKK. In 2012 werd een Phantom op verkenningsmissie van de Turkse luchtmacht door Syrisch luchtafweergeschut neergehaald. Ook 2015 was voor de F-4 in Turkse dienst geen succes, daar in dat jaar drie Phantoms zijn verongelukt waarbij alle zes de bemanningsleden zijn omgekomen. In dat jaar en een jaar later, in 2016, waren Turkse Phantoms actief in bombardementsacties tegen stellingen van ISIS en, naar verluid, Koerdische. Medio 2016 had de Turkse luchtmacht ongeveer 49 stuks F-4 Phantom nog in actieve dienst.

Verenigd Koninkrijk

Met het annuleren van een eigen project, torpedeerde Groot-Brittannië de werkgelegenheid in Britse fabrieken voor de vliegtuigindustrie. Hun voorkeur ging in 1964 uit naar de F-4 Phantom, maar de motor diende wel vervangen te worden door een in Engeland gefabriceerde Rolls Roys. Uiteindelijk, om de Britse werkgelegenheid te redden, werden de Britse Phantoms onder licentie in het Verenigd Koninkrijk gefabriceerd, maar ook diverse elektronica en radaronderdelen werden door in Engeland geproduceerde onderdelen vervangen. Uiteindelijk lieten de Britten twee varianten bouwen, waarbij de ene variant bedoeld was voor de RAF, de Royal Air Force. De andere variant was bedoeld voor de vliegdekschepen van de RN, de Royal Navy. De RAF had er 118 stuks besteld, de RN uiteindelijk 140 stuks. In 1982 zag de Britse Phantom pas actie. Drie op de Falkland eilanden gestationeerde F-4's stelden alles in het werk om de Argentijnse vijand van het eiland te houden en hun basis te beschermen. Na deze oorlog werden deze drie stuks vervangen door 15 stuks F-4's die overgenomen waren van de USAF. Gaandeweg de tweede helft van de jaren 80 in de 20e eeuw werden de F-4's reeds vervangen door Panavia Tornado's. In oktober 1992 ging de laatste F-4 Phantom met pensioen en stopte het dienstverband binnen de Britse luchtverdediging. 32 stuks werden nog getracht te verkopen aan de Griekse luchtmacht. Het probleem was echter dat door het gebruik van alle door de Britten zelf vervaardigde onderdelen er enorme verschillen waren ontstaan ten aanzien van het onderhoud en het gebruik van de Amerikaanse en de Britse Phantom. Hierdoor ketste de verkoop van de vliegtuigen af.

F-4 Phantom de wereld rond

Met ongeveer 2000 stuks verkocht of in licentie gebouwd was de F-4 Phantom een vliegtuig dat je overal ter wereld tegen kon komen. Op diverse podia was het ook actief in actie geweest en had zijn kracht en effectiviteit duidelijk laten zien. Ondanks dat er ook velen zijn neergehaald kon het niet ontkend worden dat dit een toestel een aanwinst was voor elke luchtmacht die hem bezat. Na zijn operationele begin in 1960 tot berichten van succesvolle acties in het Midden-Oosten anno 2015 mocht dit vliegtuig eigenlijk 55 jaar lang een succestoestel worden genoemd.
© 2017 - 2024 Jomaru, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
F-15 Eagle straaljager: baas in de luchtF-15 Eagle straaljager: baas in de luchtSinds 1976 vliegt deze tactische straaljager (in het algemeen) voor de Amerikaanse luchtmacht de wereld rond om ten tijd…
McDonnell Douglas F-4 Phantom II: simpelweg een klasbakMcDonnell Douglas F-4 Phantom II: simpelweg een klasbakIconen zijn overal en in alles te vinden. Zo ook met straaljagers. En de McDonnell Douglas F-4 Phantom II was er zo één.…
Vulcan M61A-1 20MM kanon: vuurkracht met hoge snelheidVulcan M61A-1 20MM kanon: vuurkracht met hoge snelheidAl vanaf de jaren 50 van de 20e eeuw is dit immense kanon de standaard voor (reeds) vele luchtmachtvliegtuigen geweest.…

Luchtvaartmaatschappij failliet: wat te doen als klant?Luchtvaartmaatschappij failliet: wat te doen als klant?Als je een vliegticket gekocht hebt en de betreffende luchtvaartmaatschappij gaat vervolgens failliet, wat zijn dan je o…
Overboeking vlucht: rechten, vergoeding en weigerenOverboeking vlucht: rechten, vergoeding en weigerenDoordat luchtvaartmaatschappijen standaard meer tickets verkopen dan ze plaatsen hebben aan boord van een vliegtuig kan…
Bronnen en referenties
Jomaru (14 artikelen)
Gepubliceerd: 03-05-2017
Rubriek: Auto en Vervoer
Subrubriek: Vliegen
Bronnen en referenties: 8
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.