Hoe een derailleurversnelling werkt
Is het je al eens opgevallen dat een racefiets 21, 24, 27 of zelfs 30 versnellingen heeft, maar nooit 16 of 22? Ook al heeft fietsen eigenlijk niets van doen met wiskunde, wie weet hoe een derailleurversnelling werkt, kan gemakkelijk het aantal versnellingen berekenen dat zijn fiets heeft.
Zo loopt de fietsketting over het voorste kettingblad
De fietsketting loopt eerst over het voorste kettingwiel dat ongeveer in het midden van de fiets is aangebracht en dat verbonden is met het pedaal. Als je goed kijkt, dan zie je dat het daarbij meestal gaat om drie tandwielen:
- als je met behulp van de linker stuurschakelaar (ook wel shifter genoemd) op het kleinste tandwiel schakelt, dan heb je de laagste versnelling ingesteld en krijg je de pedalen het gemakkelijkste rond.
- schakel je voor op het grootste kettingwiel, dan rijd je in de hoogste versnelling en moet je je aanzienlijk meer inspannen.
De tandwielen op het achterwiel van de fiets
Aan de achterzijde zijn nóg meer tandwielen (ook wel tandkransjes genoemd). Men noemt de combinatie van al die kransjes ook wel een cassette of een pion. Hier werkt het nu precies andersom dan met de voorste kettingbladen:
- als de ketting achter over het kleinste kransje loopt, dan heb je de zwaarste versnelling geschakeld;
- loopt de ketting achter over het grootste kransje, dan fiets je in de lichtste versnelling.
Om het samenspel tussen de voorste en achterste tandwielen te begrijpen, is eigenlijk toch een beetje "hogere wiskunde" nodig. Dan komt het namelijk aan op de verhouding tussen de "tandjes" van het voorste tandwiel en die van het achterste tandwiel.
Het schakelmechanisme als samenspel tussen voor- en achtertandwielen
Ongetwijfeld heb je zelf al eens vastgesteld dat je bij eenzelfde afstand veel vaker moet trappen als je een lage versnelling hebt ingesteld, dan bij het rijden in een hoge versnelling:
- wanneer het voorste tandwiel veel tanden heeft en op het achterste tandwiel een tandkransje is ingesteld met weinig tanden, dan spreken we van een hoge versnelling. Als op de fiets een hoge versnelling is ingesteld dan leg je bij elke omwenteling van de pedalen een grote afstand af. Maar daarvoor moet je wel behoorlijk “aan de bak” om maar eens in wielertermen te spreken;
- maar heeft het achterste tandwiel evenals het voorste veel tandjes, dan spreken we van een lage versnelling. De pedalen laten zich nu gemakkelijk ronddraaien, maar je komt per omwenteling ook lang zo ver niet.
De derailleur duwt de ketting tussen de tandwielen heen en weer
Om dat alles goed te laten functioneren, heeft iedere fiets waarbij met de ketting geschakeld wordt, nóg twee belangrijke kleine onderdelen, een achterderailleur en een voorderailleur, twee hefbomen uitgevoerd in een soort kooiconstructie. De derailleur is verantwoordelijk voor het heen en weer duwen van de ketting tussen de kleine en grote tandwielen wanneer je schakelt. Feitelijk het “omwerpen” van de ketting van een kleiner naar een groter tandwiel en omgekeerd.
Hoeveel versnellingen heeft nu je fiets?
Welnu, dan komt er toch nog heel even wiskunde bij kijken, namelijk vermenigvuldigen! Voor het aantal versnellingen die een derailleurschakeling in totaal heeft, moet je het aantal kransjes achter vermenigvuldigen met het aantal tandwielen voor. Omdat een moderne racefiets bijna altijd drie tandwielen voor heeft en achter vaak zeven, acht, negen of tien, heeft een racefiets meestal 21, 24, 27 of 30 versnellingen.
Lees verder