Belang van kijken bij auto rijden
Belang van het zien, kijken en waarnemen in het verkeer. Dat de ogen en het goed zien voor de verkeersveiligheid, bij deelname aan het verkeer, belangrijk zijn zal niemand verbazen. Soms lijkt het belang echter enigszins te worden overschat. Vóór het afleggen van het rij-examen bij het CBR wordt er altijd een ogentest afgenomen, waarbij je een kentekenplaat op een afstand van ongeveer 25 meter moet kunnen lezen. Maar er komt meer kijken bij het zien, kijken en waarnemen bij deelname aan het dagelijks verkeer. Hierbij spelen plaatsing van verkeerstekens, ervaring en herkenning van de bestuurder een belangrijke rol.
Kijken en de ogentest voor het examen bij het CBR
Eenieder die praktijkexamen bij het CBR heeft afgelegd, kent de ogentest, als vast onderdeel, voorafgaand aan het praktijkexamen. Hierbij gaat het om het zien en benoemen van een statisch of stilstaand object; namelijk de kentekenplaat van een voertuig op enige afstand. Echter, het scherp zien alleen is voor verkeersdeelname minder belangrijk dan vaak wordt aangenomen. Uit onderzoek is gebleken dat het vooral gaat om het goed waarnemen van bewegende objecten.
Gezichtsvermogen: kleuren zien en waarnemen bij het autorijden
Het waarnemen van kleur blijkt in het dagelijks verkeer niet zo belangrijk. Met name de ervaren automobilist, zal veel verkeerstekens herkennen door de vorm en de plaatsing. Denk bijvoorbeeld aan een verkeerslicht, waarbij je niet hoeft te weten dat het bovenste licht rood is om te moeten stoppen. Ook zal een ervaren automobilist de vormen van bijvoorbeeld verkeersborden uit de gevarenserie, of die van voorrang herkennen en hier naar handelen.
Diepte en perspectief bij het zien
Bij het diepte zien - hetgeen twee goede ogen vereist- speelt het 'zien' voornamelijk bij het zien van voorwerpen die relatief dichtbij zijn. Voorwerpen die verder af gelegen zijn vereisen niet direct twee ogen, omdat perspectief, schaduwen, kleurveranderingen, grootte van objecten ten opzichte van elkaar en dergelijke ons een goed beeld van de situatie blijken te geven. Aanpassen aan veraf of dichtbij is tamelijk onbelangrijk. In de praktijk kijkt de verkeersdeelnemer steeds naar relatief ver verwijderde voorwerpen/situaties.
Scherp zien en de (verkeers)veiligheid
Dat het scherp zien betrekkelijk is, blijkt uit het feit dat we 's avonds of 's nachts bij duisternis goed in staat zijn ons veilig door het verkeer voort te bewegen. De gezichtsscherpte is bij duisternis slechts 10 á 20% van die overdag.
Kijken ouderen in het verkeer
De betrokkenheid van ouderen bij verkeersongevallen die te wijten zijn aan een minder gezichtsvermogen zijn -in tegenstelling tot wat misschien vaak gedacht wordt- te verwaarlozen.
Kijken jongeren in het verkeer
Dit geldt overigens nog sterker voor een mindere ongevals-betrokkenheid van jongere bestuurders die slechter zien. Slechter ziende jongeren blijken veiliger te rijden dan hun leeftijdsgenoten. Aannemelijk is dat ouderen hun 'tekortkoming' van een mogelijk minder gezichtsvermogen compenseren door -met name- hun ervaring, terwijl jongeren die slechter zien compenseren door een voorzichtiger verkeersgedrag.
Selecteren informatie bij verkeersdeelname
Onder zien wordt verstaan dat er een beeld wordt gevormd op het netvlies. Als je echter goed ziet, maar vervolgens niets met de op het netvlies gevormde beelden doet of kan doen, wordt het er in het verkeer niet veiliger op. Bij waarnemen tijdens deelname aan het verkeer, heb je het over het
selecteren van belangrijke informatie, uit een overdaad aan informatie, die uit het verkeersbeeld op de weggebruiker afkomt. Het goed leren en ervaren van het filteren van de informatie die belangrijk is heeft een grotere invloed op de verkeersveiligheid dan goede ogen alleen.
Belang van het testen van de ogen
Uiteraard is het niet onbelangrijk om goed te kunnen zien. Ieder aangebracht letsel ten gevolge van slecht zien en waarnemen in het verkeer is er één te veel; ruim 600 verkeersdoden per jaar onacceptabel. Om het één en ander echter in het juiste perspectief te plaatsen de volgende cijfers.
Toename van het ongevalsrisico bij:
- Onvoldoende score bij de opticien 15%
- Mobiel bellen 300 á 700%
- Alcoholpromillage tussen 0,5 en 0,8 promille 500 á 600%