Tien tips bij het kopen van een tweedehands auto
Deze tips gelden bij aanschaf van een auto vanaf enkele duizenden Euro’s. Het is een grote aanschaf – en wie veel geld heeft, zal hieraan vaak ook meer geld uitgeven. Een auto koop je omdat je er een wilt of omdat je er een nodig hebt. Bij een tweedehands auto heb je de eerste grote afschrijving al gehad; de auto kost veel minder, dan toen deze nieuw was. Overal bestaan uitzonderingen op – zelfs op deze regel. Enkele auto’s, met name klassieke auto’s en heel zeldzame modellen, kosten nu meer, dan toen ze nieuw waren. Dat betekent niet, dat deze auto’s te duur zijn. Wel is het bij dit soort modellen vaak aan te raden, als je de wagen ooit weer wilt verkopen, om deze niet voor dagelijks gebruik in te zetten. De meeste andere auto’s zijn prima geschikt om kilometers mee te ‘vreten’, of je nu 5.000 of 50.000 kilometer per jaar rijdt. Maar waar let je nou op, als je een auto gaat kopen? Wat zijn goede tips om niet met een slecht exemplaar thuis te komen?
Gebruik bij aanschaf van een occasion deze nuttige tips. Het is een grote aanschaf, dus je aandacht voor deze belangrijke zaken kan je veel geld opleveren of kosten besparen.
1. Alleen een technicus koopt een opknappertje
Je leest dit artikel vast, omdat je geen technicus bent. Een auto die voordeliger is wegens schade, zal ook minder opbrengen wegens schade. Tenzij je van plan bent hem ‘op’ te rijden en dan naar de sloopplaats te brengen, koop je geen auto met schade. De reparatie is vrijwel altijd duurder, dan de meerprijs van een ander exemplaar zonder schade.
Heeft de auto een ander defect dan schade? Koop dan alleen als je het onbelangrijk vindt. Sommige mensen malen niet om een defecte airconditioning. Als hij dan niet lekt, kun je de auto rustig kopen – en zorg dat je een scherpe prijs krijgt, want een defect is reden voor korting. Datzelfde geldt bijvoorbeeld voor een navigatiesysteem.
Defecten die voor iedereen belangrijk moeten zijn:
- motor loopt niet goed
- remt niet goed
- ramen en deuren gaan niet open of dicht
- scheurtje in gordel of wil niet vergrendelen
- het ontwasemen van de voorruit werkt niet
- alle overige APK controlepunten.
Een auto koop je met
APK: dan is hij gekeurd en voldoet aan enkele minimale eisen die zorgen dat je veilig de weg op kunt. Een auto zonder APK mag niet eens op de openbare weg rijden!
2. Diesel en LPG zijn voor kilometervreters
Er zijn genoeg plekken op het web om het zogenaamde omslagpunt te berekenen: vanaf hoeveel kilometers per jaar wordt het interessant om op LPG of diesel te rijden? Als je weinig rijdt, is benzine de voordeliger optie.
LPG vereist daarnaast nog
extra onderhoud aan de installatie en moet af en toe afgewisseld worden met rijden op benzine (een LPG-auto heeft 2 tanks), omdat anders de benzine veroudert (bederft) en er roest en narigheid kunnen ontstaan aan de motor en brandstoftoevoer.
De belangrijkste reden om diesel of LPG te laten staan is de Nederlandse staat: de belastingen ervoor zijn veel hoger! De belangrijkste reden om wel een diesel of LPG auto te kiezen, is dat het voordeliger brandstoffen zijn. Van LPG (of aardgas) verbruik je iets meer dan benzine, maar het kost veel minder, waardoor de kosten per gereden kilometer lager zijn. Dat weegt uiteindelijk op tegen de hogere onderhouds- en belastingkosten. Je kunt echter niet overal tanken en de tank zelf neemt ruimte in: dat kost kofferruimte, of je hebt geen reservewiel bij je.
Een dieselauto rijdt zuiniger dan een vergelijkbare benzinewagen, en de brandstof zelf kost ook nog eens minder. Het oude vooroordeel van een lawaaiige en langzame auto gaat zelden nog op: een dieselmotor heeft tegenwoordig een turbo en dat compenseert veel. Diesels zijn redelijk stil en vaak ook krachtig. Het zijn goede auto’s om een aanhanger of caravan mee te trekken.
Een diesel- of LPG-variant van een auto is vaak goedkoper als tweedehandsje, terwijl de aanschafprijs hoger lag. Dat is een simpele les economie! Er is dus blijkbaar minder vraag naar tweedehands auto’s met LPG of diesel, dan naar nieuwe op die brandstoffen. Wie wel verwacht veel kilometers te zullen rijden, kan hiermee voordeel behalen.
Wil je het
omslagpunt berekenen? Dat doe je, door de vaste lasten van de auto – aanschafprijs + wegenbelasting + verzekering (+ de afschrijving, als je die weet) bij elkaar op te tellen. Daar tel je vervolgens de gebruikskosten bij: het brandstofverbruik maal het aantal kilometers. Bij LPG wordt dit vermeerderd met een klein extra bedrag om de extra onderhoudskosten van LPG te verwerken, en vergeet er niet gewoon 1 tank benzine bij op te tellen. Dat klinkt heel makkelijk, maar let hierop:
- het verbruik van de auto is niet de fabrieksopgave, maar het werkelijke verbruik, dat altijd hoger ligt;
- door LPG te kiezen, gaat een benzinemotor automatisch meer verbruiken dan op benzine. Reken hiervoor veilig ongeveer 20%;
- neem voor de brandstofprijzen het zekere voor het onzekere: kies bijvoorbeeld de huidige prijs +15%, om eventuele prijsstijgingen te verwerken.
3. Een automaat moet elke 150.000 km gereviseerd worden
Het is geen enkel probleem om een auto met automatische versnellingsbak of zelfs een halfautomatische versnellingsbak te kopen. Maar er geldt al lange tijd een stelregel: eens in de 150.000 kilometer moet deze
gereviseerd worden. En dat kost best wel wat geld, zeker omdat het geen klus is die zomaar door elke garage uitgevoerd kan worden. Je kunt overigens per merk en model verschillende intervallen tegenkomen, maar die 150.000 is een goede stelregel.
Hoe herken je een slechte automaat die gereviseerd moet worden? Een lawaaiige automaat is geen goed exemplaar meer – als je elke wisseling van versnelling hoort, zeker met schurende of kloppende geluiden, is het tijd om die automaat eens goed aan te pakken. Ook een automaat die niet wil schakelen, of juist bij constante snelheid blijft schakelen, is in de war (tenzij het een zogenaamde CVT-automaat is, want die is inderdaad vrijwel continu bezig). Ook een ernstig inhoudende of schokkende auto is een goede aanwijzing dat de automaat niet helemaal in orde is. Natuurlijk is het ook veelzeggend, als je onder de plaats van de automaat een vet- of olievlek gevormd ziet worden!
4. Let op de banden
Banden vervangen is een standaard aangelegenheid. Toch maakt het uit, hoe de banden van een occasion eraan toe zijn. Er zijn twee manieren om daarnaar te kijken.
Ten eerste: als ze binnenkort vervangen moeten worden, mag je de prijs van twee of vier banden bij je aanschafprijs optellen! Misschien kan je dit in de onderhandeling gebruiken, door extra korting te bedingen, of juist nieuwe banden gratis of tegen een kleine meerprijs te bedingen. Bedenk ook: banden worden bijna altijd met zijn tweeën tegelijk vervangen, dus
per as. Een enkele band vervangen is alleen aan de orde, als de band nog erg nieuw is (minder dan zo’n 10.000-15.000 km gerold en minder dan 1,5 jaar oud), maar een beschadiging heeft opgelopen. En vergeet het (eventuele) reservewiel niet!
Ten tweede is het bandensetje onder je toekomstige occasion ook een boodschap. Zijn ze van verschillende merken? Dan is er door de eigenaar beknibbeld op het onderhoud, zeker als het niet eens 2, maar zelfs 3 of 4 merken zijn. Ook zal een fabrikant of de merkgarage een auto altijd op banden van een bekend merk zetten, wel soms passend bij de herkomst. Dus een Hyundai op Hankook-banden is helemaal niet zo gek, en zelfs niet meer op een Mercedes-Benz. Dit merk is tegenwoordig een A-merk geworden, net als Michelin, Pirelli, Bridgestone, Goodyear, Yokohama, Toyo, Dunlop en Vredestein.
Maar let op: zelfs A-merk banden kunnen een probleem verbergen, doordat ze niet volledig nieuw gekocht zijn, maar als
tweedehands-band, of met een
vervangen loopvlak, of zelfs met een
‘opgesneden’ loopvlak. De eerste twee mogelijkheden zijn voordelig, maar kunnen, met een kortere levensduur, toch goed werken. Een opgesneden band is veel minder veilig, omdat hierbij in het rubber gesneden wordt, om er nog wat van te maken. Het rubber wordt daardoor dunner en het risico op een klapband groter.
5. Maak een proefrit
Als de verkoper je geen proefrit wil laten maken, of een slap excuus heeft, laat dan gerust de auto staan. Een auto is toch om in te rijden? Desnoods mag de eigenaar/verkoper meerijden, prima, maar jij gaat achter het stuur en een ritje maken.
De aandachtspunten:
- Bij rechtdoor rijden over een vlakke weg het stuur even loslaten, of in ieder geval los, zonder kracht te zetten, vasthouden. Het mag best zo zijn, dat je dan moet bijsturen. Maar als dat steeds dezelfde kant op is, “trekt de auto scheef”. Oorzaken zijn bijvoorbeeld in kromme of versleten onderdelen te vinden, zoals de stuurinrichting (duur!), de vering, de remmen, of de banden.
- Zoek bij een proefrit ook een parkeerterrein, industrieterrein of pleintje op. Daar kan je dan de volgende zaken testen:
- Maak wat vaart en ga VOL in de remmen. Als de auto niet scheeftrekt (of hooguit scheeftrekt met de kromming van het pleintje…) is dat een goed teken.
- Rij op een vlak stuk rondjes, met het stuur maximaal gedraaid. Als dat bijgeluiden geeft, of je merkt een verschil tussen linksom en rechtsom, dan is dat aanleiding om eens goed naar de oorzaak te zoeken. Doe dit absoluut ook eens met de koppeling ingetrapt (of de automaat in vrijstand “N”).
- Rij een (denkbeeldige) slalom, op niet al te hoge snelheid. Een auto hoort hier geen enkel probleem mee te hebben, maar de zogenaamde lastwissels die je hierdoor toepast kunnen gekkigheden in beeld brengen.
- ARKO: Alle Ramen Kunnen Open. Controleer of dat zo is, controleer of alle ventilatieroosters het doen, of alle gordels in orde zijn, en of de centrale vergrendeling (die zit er vast wel op!) het doet. Werkt de stoelverstelling wel goed?
- En let verder gewoon op, of het een lekkere auto voor je is: sportief of comfortabel genoeg, ruim genoeg, degelijk genoeg. Hoe erg is een slijtplekje op de bekleding van de bestuurdersstoel? Of op het portier? Maak je geen zorgen, bepaal hierin gewoon je eigen standaard, en laat je daar door de verkoper niks over wijsmaken.
- Kijk halverwege of na de proefrit eens onder de motorkap. Is er voldoende ruitenwisservloeistof? Dan is het waarschijnlijker, dat er goed voor de auto gezorgd is. Is het onder de kap een smeerboel, met veel takjes en stof? Voor deze auto wordt slecht gezorgd, want bij een beurt haal je de ergste rotzooi weg. En onder de oliedop, hoe is het daar? Peil de olie (er zit een instructieboekje bij de auto, toch?) en kijk of deze netjes zwart/bruin is. Is de olie klonterig (“mayonaise”) dan is er minstens met de olie iets goed mis. Mogelijk erger: de motor zelf is ziek! Je ziet dat nog beter door de oliedop van het motorblok te openen. Let daarbij op, de motor kan erg heet zijn.
6. Keuze om van een particulier of van een bedrijf te kopen
Dit is een keuze die om geld en om
zekerheid draait.
Bespaar je nu geld op de aanschaf, of besteed je nu meer, in de hoop in de toekomst minder aan onderhoud te hoeven besteden? De particulier moet een lagere prijs bieden dan een garage. Controleer of dit ook echt zo is, er zijn ook particulieren die juist een hogere prijs vragen, alleen maar omdat ze vinden dat hun auto dat waard is, of omdat ze zo winst hopen te maken. Overleg ook met een particulier over het doen van een
aankoopkeuring, zodat je – op jouw eigen kosten – erachter kunt komen, of het inderdaad een goede koop is.
Bij een bedrijf heb je garanties: zelfs als een auto zonder garantie verkocht wordt, moet een bedrijf je wel juist informeren en daarbij mag je vakkennis verwachten. Van een particulier mag je dat niet. Een bedrijf is
aansprakelijk voor de auto die het verkoopt, dus als het maar niet failliet gaat, heb je altijd juridische mogelijkheden.
Bij een
BOVAG-garage (waaronder alle merkgarages van Nederland, maar ook nog veel meer onafhankelijke bedrijven) heb je uitgebreide rechten. Er is voor de garages een verplichte klachtencommissie/geschillencommissie, waardoor je redelijk goede bescherming geniet. En dan is er nog de BOVAG-garantie of merkgarantie, die een meerwaarde biedt als het gaat om onverwachte onderhoudskosten. Let wel: sommige dingen gaan gewoon stuk, en hoeven niet gratis vervangen te worden. Banden horen echt niet meer dan 100.000 kilometer mee te gaan, een accu kan stuk gaan, en als de olie niet tijdig vervangen wordt, valt de daaruit volgende schade aan je motor niet onder garantie. Maar als je auto netjes onderhouden wordt, is het redelijk dat ook vroegtijdige slijtage onder garantie valt. Zoals het stoelmechanisme van een twee jaar oude auto, of de centrale vergrendeling van een vijf jaar oude auto.
Een bedrijf kan de
overschrijving van de autopapieren voor je regelen, bij een particulier moet je dat zelf doen. Dat is niet kostbaar, maar wel iets om goed en tijdig te regelen. Het kenteken bestaat tegenwoordig uit een
kentekencard (of nog uit de papieren Deel IB (een-B, het tenaamstellingsbewijs) en het Overschrijvingsbewijs). Deel II is alleen nog nodig voor auto-export. Wel nodig is de
tenaamstellingscode, ook bij een kentekencard. Dit is het deel dat nodig is bij overschrijving van het kenteken en dat je thuis hoort te bewaren. Tenaamstellingscodes bestaan uit 9 cijfers. De eerste 4 cijfers ontvang je bij het op naam zetten van de auto en de laatste 5 cijfers als je de kentekencard ontvangt. Alleen bij auto’s die in 2004 of eerder van eigenaar veranderd zijn, zou je nog Deel III kunnen aantreffen. Kijk op de site van de RDW (www.rdw.nl) voor meer informatie.
Weet je niet zeker, of je een auto goed genoeg snapt? Koop hem dan toch bij de duurdere maar betrouwbaardere BOVAG- of merkdealer.
7. De speakertest
Kijk goed naar de achterkant van het interieur. Zie je, bijvoorbeeld in de achterportieren, op de hoedenplank of in de bagageruimte, gaten waar een audiospeaker in past? Dan hebben die speakers er vast en zeker ook gezeten. Dat is geen goed teken: de eigenaar heeft hier speakers gehad, maar ze er zelf ook weer uitgehaald. Dat kunnen zulke zware exemplaren zijn, dat een auto letterlijk slechter wordt van de geluidstrillingen. Rubbertjes, geluidsdempende materialen, de ophanging van de uitlaat: het verdient opeens extra controle. En dan is het ook nog eens de vraag, of deze audioliefhebber zijn auto heel netjes behandeld heeft, of juist heel slordig. Kijk maar eens rond: is hij erg vies?
8. Zoek niet meer in de krant
Bron: Estockiausdel, Pixabay
Maar zoek via het internet. Dat neemt niet weg, dat je af en toe zomaar ergens langs kan rijden of fietsen, en iets interessants tegenkomt! Op internet zijn er enkele Grote Jongens waar je voor een ruim aanbod terecht kunt:
- AutoScout24.nl
- Autotrader.nl
- Autotrack.nl
- Marktplaats
Kleiner, maar zeker interessant, zijn:
- GasPedaal.nl
- Autokopen.nl
De eerste drie sites zijn het meest betrouwbaar, maar in het algemeen geldt ook: als een auto op meerdere sites terug te vinden is, is de kans op een betrouwbaar verkoopadres groter.
9. Bij twijfel…
- Als je twijfelt, al is het maar een klein beetje, of de auto wel origineel is, of dat het misschien een gestolen exemplaar betreft: noteer het chassisnummer en ga via de RDW na hoe het zit. Soms kan je dit zelfs met alleen het Nederlandse kenteken al.
- Als je twijfelt, of een auto schade gehad heeft, vraag ernaar. Desnoods schrijf je hierover iets op, dat je door de verkoper laat tekenen. Bijna iedere auto heeft wel eens parkeerschade opgelopen, dat is ook prima en maakt een auto niet onveilig. Maar het gaat dus om een serieuzere aanraking, waarbij is uitgedeukt, of zelfs plaatdelen of bumpers vervangen zijn. Je kunt zelf ook kijken, of je kleurverschillen in de auto ziet. Als de panelen strak in de lak zitten, maar verschillen van kleur, dan is reparatie van lakschade waarschijnlijk. Je kunt ook onder de motorkap of in de wielkasten op zoek gaan naar sporen van schade, zoals roest. Bumpers en kunststof sierlijsten verkleuren vaak anders dan metalen plaatdelen, wat vooral bij volle lakkleuren als geel en rood zichtbaar zal zijn. Dat ligt dus lang niet altijd aan schade, maar maakt de waarde toch iets lager.
- Verzekeren? Dat kan kostbaar zijn. Informeer eerst bij je verzekeraar, want sommige auto’s zijn extra diefstalgevoelig, met een hogere premie tot gevolg. Klassiekers in dat lijstje zijn de Volkswagen Golf, met name met zwaardere motoren, en vrijwel alle Audi, BMW en Mercedes modellen. Regel de verzekering liefst twee werkdagen voor de overdracht van de auto. Daarvoor is het kenteken onontbeerlijk, maar ook de meldcode, die bestaat uit de laatste 3 cijfers van het chassisnummer.
- Ben ik compleet?
- Zitten deze zaken erbij? Hoeveel autosleutels zijn er, en heb je die allemaal gekregen, inclusief extra afstandsbedieningen van alarmen en dergelijke? Heb je echt alle papieren en boekjes? Trouwens, heb je een ondertekend contract? En is dit inderdaad de auto die je gekocht hebt?
10. Inruilen of zelf verkopen?
Als je zelf een auto hebt in te ruilen, kan je dit natuurlijk in de onderhandelingen gebruiken. Vaak levert dit nog een aardig bedrag op, maar als je geduld hebt, en de materie een beetje kent, kan je ook zelf je auto proberen te verkopen. Doe dit dan in ieder geval (ook) via Marktplaats, want daar word je als particuliere koper het meest gezocht. Let wel op de
gevaren van zelf verkopen. De potentiële kopers zijn niet allemaal recht door zee. Sommigen willen je gewoon een lage prijs geven – dat is geen groot gevaar, als je maar oplet. Anderen willen je auto alvast meenemen, maar zullen nooit betalen. Ook het maken van een ‘proefritje’ kan daaronder vallen. Ga je mee, ter bescherming van je auto? Je kunt gekidnapt worden, hoewel die kans natuurlijk niet groot is. Wie je auto koopt, kan dit doen onder een valse naam – en weet daarna wel ‘waar jouw huis woont’. Je zult de eerste niet zijn die op deze manier bestolen wordt. Het simpele advies dus: wees een beetje wantrouwend en doe pas zaken als je er wel vertrouwen in hebt. Denk daarbij ook aan eenvoudige maatregelen, zoals altijd met twee of meer personen erbij de koper ontvangen, of afspreken in openbare gelegenheden. Dat is voor de ander ook veilig. Is dit allemaal teveel risico? Verkoop dan je auto aan de handel, via een van de websites die hierop gericht zijn, of zelfs via de ANWB.
Nog een laatste tip: print dit artikel uit en hou het bij de hand.