Rittenadministratie bijhouden bij privégebruik
Werknemers die de beschikking hebben over een leaseauto van de werkgever, worden automatisch belast met de bijtelling voor de betreffende auto met maximaal 25 procent. Indien de werknemer de auto niet privé gebruikt, moet dit aangetoond worden met een sluitende rittenadministratie.
Een bijtelling is te voorkomen door niet privé te rijden in de door de werkgever beschikbaar gestelde auto. Op jaarbasis is het toegestaan om maximaal 500 kilometer privé te verrijden, maar het beperkte gebruik moet wel aangetoond worden met een sluitende rittenadministratie. Op diverse manier is het mogelijk om aan te tonen dat de rittenadministratie niet klopt. Indien de Fiscus daar achter komt, volgt een naheffing plus een boete in verband met onjuiste opgave.
Hoe hoog is de bijtelling?
De hoogte van de bijtelling varieert van nul procent tot 25 procent. De bijtelling is afhankelijk van de zuinigheid van de auto. Auto’s met een hogere CO2-uitstoot zullen zwaarder belast worden dan auto’s met een laag CO20-uitstoot. Standaard wordt uitgegaan van 25 procent. Er zijn een aantal autotypes aangemerkt als zuiniger, en daarvoor geldt een lager percentage.
Auto’s met 20 procent bijtelling
Bijtelling van 20 procent geldt voor auto’s die meer dan 95, maar minder dan 116 gram per kilometer CO2-uitstoot hebben, uitgaande van een dieselauto. Een benzineauto komt in deze groep terecht als, er een uitstoot is van minimaal 110 en maximaal 140 gram per kilometer.
Auto met 14 procent bijtelling
Deze bijtelling geldt voor auto’s met een lagere uitstoot, namelijk maximaal 95 gram per kilometer voor de dieselauto. Een benzine auto komt in deze heffing terecht als de uitstoot onder de 110 gram per kilometer blijft.
Auto met nul procent bijtelling
De heffing bedraagt nul als de uitstoot op nul gram uit komt.
Waarover wordt de bijtelling berekend?
De heffing moet betaald worden over de catalogusprijs van de auto. Het maakt hierbij niet uit of de auto nieuw is of al een aantal jaren oud is. De heffing blijft namelijk gelijk. Door de fabrikant toegevoegde accessoires tellen mee voor het bepalen van de catalogusprijs.
Eisen rittenadministratie
Voordat u een rittenadministratie begint, moet u zich goed verdiepen in de voorwaarden die de Belastingdienst stelt. De belangrijkste voorwaarde is dat u zorgvuldig tewerk gaat. Daarnaast gelden onder andere de volgende eisen (voor alle gestelde eisen, zie Belastingdienst.nl):
- Per zakelijke rit moet de beginstand en de eindstand worden vastgelegd, inclusief het vertrekadres en het adres van de bestemming;
- Datum moet worden vastgelegd;
- Eventueel de gereden route.
Manier om te controleren op fraude
Er kan moeilijk gecontroleerd worden of de gevoerde rittenadministratie ook werkelijk klopt. Door controles of toevalligheden kunt u door de mand vallen. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als u een bekeuring hebt gekregen op een route die niet terug komt in uw administratie. Een andere mogelijkheid is dat u een ongeval krijgt op een ritje die niet in de administratie voor komt. In de meeste gevallen is er na het ongeval nog wel een mogelijkheid om de kilometers alsnog in de administratie op te nemen, maar niet altijd. Daarnaast moeten de privé gereden kilometers wel weer verklaard worden door zakelijk gereden kilometers.