Zelf beveiligingsmaatregelen treffen tegen autodiefstal

Artikelindeling
Auto-inbraak en diefstal een minder aantrekkelijk karwei maken
Om van auto-inbraak en diefstal een zwaardere taak te maken kunnen (meerdere) maatregelen getroffen worden. Deze maatregelen moeten het proces vertragen en kunnen tegelijkertijd een ontmoedigende uitwerking hebben bij autodieven. De maatregelen die een autobezitter kan treffen zijn onder te verdelen als:- Organisatorische maatregelen
- Mechanische maatregelen
- Elektronische maatregelen
Organisatorische maatregelen
Dit zijn stappen die een autobezitter zelf kan nemen om de kans op auto-inbraak en -diefstal te verkleinen. Bijvoorbeeld de auto op een goed verlichte plek parkeren en waardevolle spullen niet (zichtbaar) in de auto laten liggen. Denk bijvoorbeeld ook aan de nummerplaat (het kenteken) in de ruiten laten graveren.
Mechanische maatregelen
Met mechanische maatregelen wordt de auto beveiligd door mechanische beveiligingssystemen. Dit zijn stappen die een autobezitter deels zelf kan nemen. Zo zijn er een aantal sloten en klemmen verkrijgbaar die zeer effectief blijken tegen zogenaamde "snelle inbraken". Er kan bijvoorbeeld een pedaalslot, een versnellingspookslot en/of een wielklem worden aangebracht. Mechanische beveiligingssystemen kunnen ook standaard aanwezig zijn in de auto zelf. Denk aan centrale deurvergrendeling in combinatie met anti-diefstalstand, dit zorgt ervoor dat de auto niet van binnenuit ontgrendeld kan worden. Ook het stuurslot inschakelen terwijl de wielen gedraaid zijn maakt het duwen van een auto op een autotrailer een heel stuk moeilijker.
Elektronische maatregelen
Met deze maatregelen wordt de auto bewaakt middels elektronische beveiligingssystemen. De detectoren van deze beveiligingssystemen merken veranderingen in of aan de auto op. Als er veranderingen plaatsvinden dan geven de detectoren dit via een elektrisch signaal door aan de CCS (Centrale Controle en Stuureenheid). De CCS beslist of het beveiligingssysteem over moet gaan op actie. Actuatoren moeten met het ontvangen signaal van de CCS de eigenlijke actie uitvoeren. Acties kunnen bijvoorbeeld zijn: alarm laten afgaan zodat de nabije omgeving gewaarschuwd wordt en/of een startonderbreker in werking zetten zodat de motor van de auto niet gestart kan worden.